Bekentenis: ik heb een man uit de duizend. Zo’n super de luxe exemplaar, compleet met de opties romantiek en helpen-met-de-kinderen. Voor het dingen-altijd-op-de-verkeerde-plaats-terugleggen heb ik hem al eens op groot onderhoud gedaan, maar het blijkt er na een tijdje toch terug in te sluipen.
Ik weet eigenlijk nog altijd niet goed hoe ik zo’n kanjer heb weten te strikken. Vooral omdat er één moment was dat ik dacht dat alles verloren was. Ik voelde me Sam die moet toezien hoe Frodo plots weigert de ring in het vuur te gooien. Je ziet de doem zich voltrekken voor je ogen, en je kan niets doen om het nog te veranderen. ’t Is gebeurd, de teerling geworpen, het kruid verschoten, de mayonaise geschift.
In mijn geval voltrok het mini-drama zich op de parking van de plaatselijke Delhaize.
– Bedenking: het is hoogst toevallig dat mijn 2 eerste blogposts zich afspelen op een parking van een supermarkt. Hoe saai kan een locatie zijn? Think again! –
Dus, picture this! ik, een frisse twintiger, alleenwonend in mijn eerste eigen appartement. De super de luxe man, juist dertig geworden, eigen restaurant, huis aan het verbouwen. We hadden elkaar links en rechts al een aantal keren tegengekomen (op café, chirofuiven allerhande, en in zijn restaurant, want zeg nu zelf: lekker eten en een lekkere kok, da’s toch een golden ticket?) en ik was head over heels, stapelzot verliefd op hem.
Op een maandag was ik na het werk nog even snel de Delhaize binnen geglipt. Na een weekend met weeral teveel feestjes, een nachtelijke pitta-tasting en heel weinig groene groenten, was ik bijna verplicht om een weekvoorraad healthy stuff te kopen en de wereld te laten zien dat ik als 26-jarige best wel verantwoordelijk en gezond kon zijn. Mijn innerlijke Pascale Naessens gooide volkoren brood, spinazie, griekse yoghurt en alle ingrediënten voor pompoensoep in mijn mandje (ja ja, een mandje, van de onwillige kinderen en de verveelde peuter was toen nog geen sprake). Ondertussen was ik aan het nadenken over de beste strategie om de super de luxe man zo snel mogelijk weer te zien: zou ik het volgende weekend een tafeltje reserveren in zijn restaurant (een zekere manier om hem te ontmoeten, maar met weinig ruimte voor conversatie en alles wat daaruit zou kunnen volgen) of zou ik mijn vrienden zover krijgen om mee te gaan naar zijn stamcafé (niet zeker dat hij zou komen opdagen maar als dat gebeurde, waren de mogelijkheden eindeloos)? Ik had al beslist dat een combinatie van de twee waarschijnlijk meer thuishoorde in de categorie vermoedelijke stalkster.
Terwijl al deze muizenissen door mijn hoofd piepten, botste ik op de parking onverwacht op de super de luxe man himself! Alsof mijn gedachten hem hadden opgeroepen. En hoewel ik intern talloze grappige en gevatte flirtaties met hem kon bedenken, stond ik nu even met mijn mond vol tanden. Wat te zeggen, wat te doen? Gaan we voor sexy, grappig of schattig? Mijn hoofd kon de plotse verschijning van zoveel mannelijke knapheid even niet aan en ging in stille modus. Geen woord kwam er nog uit.
De super de luxe man had hier blijkbaar helemaal geen last van (damn you mannen, jullie lijken toch echt wel makkelijker in het leven te staan) en begon zowaar een gesprek met mij. De man die de verloren broer van Sergio Herman zou kunnen zijn (zowel qua looks, als qua talent) vroeg me wat ik had gekocht. Blij dat ik deze keer niet gekozen had voor de microgolfschotels-voor-één, begon ik te vertellen welke superverse ingrediënten ik had gekocht, en nog indrukwekkender, wat ik ermee ging klaarmaken. De spinazie en de yoghurt waren de revue al gepasseerd toen het gebeurde. Hét moment waarop mijn hersenen besloten om kort te sluiten wegens overdosis super de luxe man. Vlinders botsten met mijn verbeeldingskracht, die prompt in overdrive ging. Dus toen ik bij de pompoensoep kwam, zei ik niet gewoon: en vanavond eet ik pompoensoep. Néé, met mijn beste heks-van-sneeuwwitje stem, begon ik een relaas over pompoenen en Halloween, zwarte ketels, punthoeden, en, jawel, heksen met wratten op hun neus. Bij het woord heksen gooide ik mijn hoofd in de nek en lachte al kakelend mijn beste heksenlach…
En dat was dat. Super de luxe man zei dat hij ergens dringend naartoe moest, verdween en liet mij achter, mét pompoen maar zonder glazen muiltje. Ik was ervan overtuigd dat ons verhaal hier eindigde. Geen happy end, geen lang en gelukkig, zelfs geen kort maar hevig en vol passie. Moedeloos stapte ik in de auto en belde een vriendin om haar het verhaal van mijn affrontelijke ontmoeting te doen.
Onbegrijpelijkerwijs was dat toch niet het einde. Er kwam nog een volksdans, een handtas en 2 vriendinnen op een tribune (don’t ask) aan te pas, maar deze heks kreeg haar prins!
Zoveel jaar later vond ik eindelijk de moed om te vragen aan mijn super de luxe man wat hij toen dacht van mij, na het Delhaize-incident. Hij kon het zich niet meer herinneren.